De kleine Matroos.
„ 'k Ga varen naar een
ander land, hoezee!
Wie lust heeft met mij meete gaan, ga mee!
Wie thuis wil blijven, doe zijn zin,
Maar ik, ik wil de wereld in,
Hoezee, hoezee, hoezee,
Komt, jongens, gaat toch mee!
'k Klim als matroosje in
het want, hoezee!
'k Kom als kaptein misschien terug, joechee,
Tot afscheid wuif ik met mijn pet,
Naar zee vind ik de grootste pret.
Hoezee, hoezee, hoezee,
Komt, jongens, gaat toch mee.!
Ginds wacht het schip al
op de ree, hoezee!
Eerst vaart het naar Oost-Indië, vaart mee!
Dan zeilt het naar Amerika,
Vandaar misschien naar Afrika,
Hoezee, hoezee, hoezee,
Wie wil nu nog niet mee?"